Op 1 januari 2025 treedt boek 6 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek in werking, wat een belangrijke hervorming betekent voor het buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht. Eén van de meest ingrijpende wijzigingen betreft de aansprakelijkheid van werknemers, waaronder uitzendkrachten, ten opzichte van derden zoals klant-gebruikers.
Wat verandert er?
Afschaffing van de quasi-immuniteit
Tot op heden konden werknemers (zoals uitzendkrachten) dankzij de zogenaamde "quasi-immuniteit" doorgaans niet buitencontractueel aansprakelijk worden gesteld door derden. Deze bescherming vervalt echter vanaf 2025. Artikel 6.3 §2 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek stelt dat derden werknemers buitencontractueel kunnen aanspreken voor schade veroorzaakt tijdens de uitvoering van een overeenkomst.
Beperkingen op de aansprakelijkheid van werknemers
Hoewel deze nieuwe regel de aansprakelijkheid van werknemers uitbreidt, blijven zij beschermd door artikel 18 van de Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (WAO). Dit artikel beperkt de aansprakelijkheid van werknemers tot gevallen van:
Bedrog
Zware fouten
Herhaalde lichte fouten
Bovendien kan deze aansprakelijkheid contractueel worden uitgesloten in de overeenkomst tussen de klant-gebruiker en het uitzendkantoor.
Praktische gevolgen
Hieronder vindt u een concreet voorbeeld die de impact van de nieuwe regelgeving verduidelijkt:
Stel, een uitzendkracht veroorzaakt tijdens het besturen van een heftruck schade aan uw goederen. Voorheen kon u deze uitzendkracht niet rechtstreeks aansprakelijk stellen; u was namelijk als klant-gebruiker objectief aansprakelijk hiervoor conform artikel 1384 BW, 3e lid. Vanaf 1 januari 2025 zou u de uitzendkracht zelf buitencontractueel aansprakelijk kunnen stellen voor deze schade, op voorwaarde dat er sprake is van bedrog, zware fout of herhaalde lichte fout.
Belangrijke aandachtspunten
Met de nieuwe regelgeving is het belangrijk om te weten dat werknemers enkel aansprakelijk kunnen worden gesteld voor schade veroorzaakt door bedrog, zware fouten of herhaalde lichte fouten. Het is dus essentieel om deze fout aan te tonen voordat aansprakelijkheid kan worden ingeroepen.
Daarnaast kunnen contractuele afspraken tussen klant-gebruikers en uitzendkantoren bepalen dat werknemers niet persoonlijk aansprakelijk kunnen worden gesteld. In dat geval verandert er niets aan de huidige situatie.
Heeft u verdere vragen over deze wijziging? Neem gerust contact met ons op!